REGIO – Binnen de regio West-Friesland bestaan er plannen voor in totaal 211 hectare aan bedrijfsgrond, maar er is slechts vraag naar 46 hectare aan bedrijfsgrond. Dit bleek eerder uit een onderzoek van de provincie Noord-Holland. In navolging hierop hebben de zeven West-Friese gemeenten, met financiële hulpmiddelen van de provincie Noord-Holland, onderzoek gedaan naar de verschillende bedrijventerrein die nog in ontwikkeling zijn en hoe rendabel deze terreinen zijn.

Ook West-Friesland lijkt niet te ontkomen aan de demografische stagnatie de komende decennia en de verschuiving van een groei- naar een vervangingsmarkt voor bedrijventerreinen. De komende jaren wordt nog wel een groei in de werkgelegenheid verwacht en zijn nieuwe bedrijventerreinen nodig voor de behoefte waarin niet kan worden voorzien in de bestaande voorraad, maar deze behoefte is structureel lager dan de optimistische ramingen van een aantal jaren geleden.

Overaanbod leidt tot problemen
In nagenoeg alle gemeenten, behalve in Drechterland en Stede Broec, zijn er plannen voor bedrijventerreinen waarvan het onderzoeksbureau adviseert om ze niet te ontwikkelen. Een overaanbod van bedrijventerreinen leidt namelijk tot een aantal problemen. Teveel aanbod gaat ten koste van de bestaande terreinen. Kavels blijven onbenut of panden komen leeg te staan. Ook leidt een te groot aanbod tot interne concurrentie, lage grondwaarden en lagere vastgoedwaarden. Dit voelen bestaande ondernemers in hun portemonnee; hun bezit devalueert in waarde. Daarnaast is er de kans dat in de regio ‘halve’ bedrijventerreinen ontstaan. Bijvoorbeeld bedrijventerreinen die lang in ontwikkeling zijn of zelfs nooit afgerond worden.

Uitdagend vraagstuk voor zeven West-Friese gemeenten
Wethouder Harry Nederpelt (gemeente Medemblik) vertelt namens de Westfriese gemeenten over het onderzoek: ‘Al eerder werd geconstateerd dat, als alle plannen voor bedrijventerreinen die er liggen worden uitgevoerd, er een overaanbod aan terreinen ontstaat. Vorig jaar is er een diepgaand onderzoek gestart onder overheden en de regionale ondernemers: hoe groot is het overaanbod? En wat willen de ondernemers? Uit het onderzoek kwam met name naar voren dat bedrijventerreinen die vlakbij de A7 of de N23 liggen, de grootste kansen bieden. Het ene bedrijventerrein wordt dan ook hoger gewaardeerd dan de het  ander. Maar uit het onderzoek kwam echt duidelijk naar voren dat er een groot overschot ontstaat. Dit is voor de zeven West-Friese gemeenten een uitdagend vraagstuk.’

Realisatiestrategie
Het onderzoeksbureau ziet goede kansen voor Schepenwijk, WFO, Undamaris, De Veken, Overspoor, Zevenhuis en Vredemaker. Daarentegen adviseert het onderzoeksbureau om Andijk Zuid niet verder te ontwikkelen. Het terrein zou niet aansluiten bij de wensen van de ondernemers qua ligging en is daardoor volgens het onderzoeksbureau niet rendabel. Naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoeksbureau De Bont voor Ruimte hebben de West-Friese gemeenten opdracht gegeven om een zogenaamde realisatiestrategie uit te werken. Dit betekent dat er afspraken gemaakt worden die door alle betrokken gemeenten worden gedragen om het overaanbod aan bedrijventerreinen terug te dringen. Dit willen de West-Friese gemeenten samen met het regionale bedrijfsleven en aangrenzende regio’s aanpakken. De eerste aanzet hiervoor is een conferentie op 4 maart: ‘Naar sterke werklocaties in Noord-Holland Noord.’