Groeien doen we allemaal. Als mens, als land, als economie en zéker als bedrijf. Dat is ook goed, want groeien is een gunstig teken. Maar soms gaat groeien net even te snel en kunnen we onszelf bijna niet bijbenen. Dan voel je groeipijn. Dat is soms best vervelend, maar het zet ook aan tot innovatie. Van die pijn willen we af, maar van die groei niet. Dus gaan we ondernemen.

Als je bedrijf groeit, denk je al snel: ‘Dan moet ik meer personeel hebben om het werk aan te kunnen.’ Logische gedachte, maar dát is een vraagstuk waar je anno 2024 niet meteen een antwoord op hebt. Bij Klaver Giant Groep kennen ze dat gevoel. Frank Konijn, directeur van Klaver Infratechniek: ‘We zijn de afgelopen jaren hard gegroeid. Sinds 2017 is de omzet verdrievoudigd en daarmee groeide ook ons personeelsbestand. We hebben gelukkig een trouwe groep collega’s die ook weer voor aanwas zorgt door mondelinge reclame. Toch voelen wij ook die uitdaging. Als je wilt groeien moet je zorgen dat je genoeg body hebt om dat te gaan doen. Je moet niet pas in actie komen als je mensen nodig hebt, want dan loop je achter de feiten aan. Groeipijn merk je vooral als er iemand vertrekt. Dan is het de vraag: ga je meer mensen of meer werk aantrekken? Vroeg of laat komt groeipijn terug en dat is ook wel positief. Ondernemen is continu begroten en bijstellen, kwaliteit blijven leveren, het goed doen voor je personeel en innoveren in processen. Die pijn zorgt ervoor dat je in beweging blijft.’

Efficiënter werken

Bij Schermer Installatietechniek zit de uitdaging meer in de grote hoeveelheid techniek en een strakke planning. Directeur Barend Schermer: ‘Tegenwoordig zit veel techniek in een project en dat willen we goed wegzetten zonder onze mensen daaronder te laten lijden. Dat betekent met dezelfde hoeveelheid mensen efficiënter werken. In ons nieuwe pand hebben we daarom geïnvesteerd in een prefabhal. Hier kunnen we onder ideale omstandigheden en veilig veel techniek opbouwen. We kunnen bijvoorbeeld bestaande panden inscannen, de installatie digitaal intekenen en er vervolgens een soort legoboekje van maken. Aan de hand van die informatie wordt de installatie alvast gebouwd. Op locatie hoeven we alleen nog te installeren. Deze werkwijze scheelt ons tijd en maakt dat we rustig door kunnen werken, zonder afhankelijk te zijn van derden. En voor de klant scheelt het ook, want die heeft minder lang overlast van onze werkzaam heden.’

Omgaan met weerstand

In een groeiende economie doet een ondernemersfonds het heel goed. En op zijn beurt laat het fonds de lokale economie verder groeien. HansPeter Baars, secretaris van Stichting Ondernemersfonds Enkhuizen én WBGvoorzitter: ‘Een ondernemersfonds is gericht op solidariteit. Iedereen lapt en daar worden collectief voorzieningen uitgehaald. Van parkmanagement en camerabeveiliging tot de sinterklaasintocht. En het mooie is: er zijn geen free riders. Je stimuleert de lokale economie, maar ook saamhorigheid. Zo’n fonds laten groeien vraagt ook doorzettingsvermogen. Na ruim vijf jaar is iedereen tevreden over wat het oplevert, maar in het begin is het zoeken. Dat heb ik ook gezien bij de oprichting van Nautisch Enkhuizen. Het begint met een Coalition of the Willing. Er is altijd tegenspraak, maar als alles loopt, haken mensen vanzelf aan. Groeipijn doorstaan is ook omgaan met weerstand. Wel luisteren, maar ook doorzetten. Dat is binnen de WBG ook altijd zo gegaan.’

Energie als remmende factor

Taxi Kaijer won, als onderdeel van een collectief, een grote aanbesteding van de Westfriese gemeenten voor doelgroepenvervoer. Eén van de vereisten was dat het vervoer met elektrische voertuigen zou plaatsvinden. Directeur Rob Kaijer: ‘We hebben een groot aantal nieuwe bussen en personenwagens gekocht. Die moeten echter ook opgeladen worden en dat is de uitdaging. Die auto’s kunnen niet allemaal laden bij ons pand, waar ik een aansluiting van 3×80 Ampère heb. De andere auto’s laden overal in de regio, vaak bij openbare laadpalen, wat ook nog kostbaarder is. En ik vraag steeds meer van mijn personeel. De chauffeurs moeten verder lopen naar laadpalen en de planning moet laadtijd incalculeren. Soms moeten we ook laden met klanten in de auto. Dat was voorheen ondenkbaar, maar nu kun je soms niet anders.’

Groeipijn vraagt om samenwerking

‘Die groeipijn is lastig, maar dit is natuurlijk ook een mooie kans. Als we die aanbesteding niet hadden gewonnen, was ik hier nooit tegenaan gelopen. Maar met elektrisch vervoer moet je met veel meer dingen rekening houden en je hoopt eigenlijk dat er voor zieningen zijn of komen om dat te ondersteunen. Ik heb straks 130 zonnepanelen op het dak, maar daarmee kan ik maar 4 tot 5 auto’s per jaar laden. En een batterij klinkt ook aantrek kelijk, maar die zijn dan 20 kWh en in een auto gaat al snel 50 tot 60 kWh. Wat mooi zou zijn, is als je kunt participeren in zonneprojecten, maar dan moet je die stroom wel weer richting je pand kunnen krijgen. Ik heb inmiddels veel contact gehad met bedrijven die willen helpen qua laadcapaciteit. Daar kunnen we wel wat mee, maar in de praktijk is het nog een uitdaging. Het blijft denken in oplossingen en uitdagingen en dat zal zo nog wel doorgaan. Maar gelukkig rijden ze nu alle 35, met dank aan ons eigen teamwerk.’

De uitdaging van groeien

Het Oorlogsmuseum in Medemblik maakte de afgelopen jaren een enorme groei door van 2.500 bezoekers in 2019 naar 28.000 in 2023. Directeur Lars Rustenburg: ‘Dit zorgt voor veel groeipijn, maar zoals ze zeggen: pijn is fijn. Maar het geeft wel uitdagingen op allerlei gebieden waar we op moeten sturen. We proberen deze uitdagingen zo goed mogelijk en het liefst ruim van tevoren te tackelen door onszelf organisatorisch te ontwikkelen met professionele planningssoftware, door taken uit te besteden en door meer personeel aan te trekken. Qua ruimte merkten we vorig jaar dat we een flink aantal dagen al behoorlijk krap zaten. Daarom hopen we dat de aankoop van het pand van de buren door kan gaan. Daardoor krijgen we er 3.000 m2 bij, wat ons heel veel voordelen gaat bieden. Zo kunnen we doelgroepen splitsen, die nu nog allemaal in dezelfde ruimte samenkomen. Groeipijn toont automatisch waar je met je organisatie iets mee moet. Als team willen we een hoogwaardige organisatie vormen, waarbij de groeipijn ons juist motivatie geeft om door te ontwikkelen.’

De voordelen van groeipijn

Groeipijn is vervelend, maar aan de andere kant ook nodig. Het dwingt je anders te denken. Oplossingsgerichter te zijn. Of het nu betekent dat je gaat innoveren, dat je mensen aantrekt, gaat samenwerken of juist volhardt in je eigen overtuiging; het doet iets met je. Dus wanneer je je realiseert dat je vastloopt, merk dan eens op: ‘Ik heb groeipijn.’ En wat is dan een betere pijnstiller dan even trots zijn dat je dit mag overkomen? En dan doorpakken, want dat is de enige manier om ermee om te gaan. Zo kun je blijven groeien.