Als het gaat om verduurzamen kun je twee dingen doen: achteroverleunen en afwachten of je nek uitsteken en aan de slag gaan. Bas Karsten van Rainbow Colors doet dat laatste voor zijn tulpenbedrijf en dat legt hem geen windeieren. Als Parel van de WBG hoopt hij op meer slagkracht richting de overheid én meer samen zoeken naar mogelijkheden.

‘Rainbow Colors is begonnen in 2006. We kweekten toen tulpen op 5 hectare grond én hadden 10 miljoen bollen in de broeierij. Inmiddels zijn dat 120 hectare en 70 miljoen bollen. We kweken tulpen en veredelen en broeien zelf. Daarnaast zorgen we voor de afzet van zowel de bollen als de bloemen. Ook verzorgen we de opslag en preparatie van bollen voor derden. Bij al deze activiteiten gebruiken we veel stroom voor het opwarmen, dan wel koelen van ruimtes. Duurzaamheid is dan ook een belangrijk aspect. We zijn al jaren bezig met de vraag hoe we zoveel mogelijk kunnen doen met zo min mogelijk belasting van het net en onze bankrekening.’

Compenseren

‘We hebben een warmtepomp en een WKO-systeem (Warmte Koude Opslag) laten installeren en dit vervolgens zelf doorontwikkeld naar een systeem dat aansluit bij wat wij nodig hebben. Zo gebruiken we warmte en koude waar nodig en wat over is wordt opgeslagen in de grond voor een later moment. Daarnaast hebben we zonnepanelen om ons energieverbruik te compenseren.’

Mogelijkheden

‘We zijn Parel van de WBG geworden omdat we als bedrijf een belangrijke factor in het contact met de overheid willen zijn. We willen de verbinding zoeken met elkaar en zorgen voor voldoende draagvlak. Ook vinden we het belangrijk om van elkaar te leren. Samen kunnen we een netwerk creëren waar we allemaal wat mee kunnen. De werkgroep Bereikbaarheid van de WBG houdt zich onder andere bezig met waterstof. Rainbow Colors heeft al een bevoegdheid voor opslag en gebruik van waterstof. Ook neem ik deel aan een fieldlab voor waterstof vanuit de regio. Zo kunnen we kijken hoe we van beperkingen mogelijkheden kunnen maken.’

Energiesystemen

‘Regionaal is het best een opgave om dit allemaal van de grond te krijgen, maar mijn bedrijf is er alvast op voorbereid. We kunnen veel meer nadenken over hoe we omgaan met energie. Wat we kunnen met rest-energiestromen. Als je elektriciteit omzet in waterstof, komt daar warmte bij vrij die je weer in het bedrijf kunt gebruiken en andersom ook. Er zijn heel veel mogelijkheden, maar ondernemers zijn vaak afwachtend. Een goede samenwerking met de overheid is hier belangrijk, zéker als je kijkt naar wetten en regels. Verduurzamen zou eenvoudiger moeten zijn.’