Het is bijna een dooddoener en toch kun je er niet omheen. Alleen ben je sneller, maar samen kom je verder. Of het nu gaat om een vereniging of een fonds of zelfs een regionale samenwerking; je hebt meer mankracht, meer denkvermogen, meer talent, meer geld en vooral elkaar. Daarom in dit artikel meer aandacht voor de kracht van het collectief.

Collectieven zijn er in vele soorten en maten. Van de muziek- of sportvereniging tot de VVE en van de branchevereniging tot een ondernemersfonds. Maar ook een politieke partij is een collectief. Allemaal met het idee: samen zijn we met meer dus sterker, gezelliger en effectiever.

Ondernemers verenigen Westfriesland heeft zo’n 14 ondernemersverenigingen. Elf daarvan zijn lid van de Westfriese Bedrijvengroep. Je aansluiten bij een ondernemersvereniging is een goede manier om aan je netwerk te werken. Als je net start bijvoorbeeld of wanneer je een onderneming start in een nieuwe gemeente. Zo leer je tenslotte het snelst nieuwe mensen en bedrijven kennen. Zij kunnen je weer werk opleveren of jouw naam weer doorgeven aan potentiële contacten. Dat daar behoefte aan is, blijkt wel aan het feit dat Ondernemersvereniging Koggenland, die vorig voorjaar gestart is, in no time een kleine 70 leden aan zich wist te binden.

Chris Druijf en Ilona Breg van de Assootheek kunnen dat beamen: ‘Wij zijn enthousiaste leden van de Medemblikker Bedrijvengroep (MBG). Als startend bedrijf waren we op zoek naar contacten in de regio, waarbij we al snel in aanraking kwamen met de MBG. Het is belangrijk om een netwerk te hebben in de omgeving. Je kunt elkaar verder helpen. En je ervaart ook dat je met elkaar een sterkere stem hebt of kunt krijgen. Tijdens een lezing van toenmalig WBG-voorzitter Hans Huibers kwam dat besef nog maar eens. Wat zo’n collectief voor de regio kan doen op bijvoorbeeld het gebied van energietransitie of toerisme. Voor de MBG geldt dat natuurlijk voor collectieve zaken als beveiliging en glasvezel. Je hoeft niet per se zelf voordeel te halen uit je lidmaatschap, maar het is goed om erbij te horen. Naast de gezelligheid beteken je met ze allen wat voor de regio. Het is prettig om verenigd te zijn.’

Vliegende start

Jordy van Ettinger is vorig jaar gestart met zijn Patisserie Aurélie op bedrijventerrein Schepenwijk in Enkhuizen. ‘Ik heb me toen meteen aangesloten bij Enkhuizen Onderneemt. Eigenlijk vooral op advies van mijn buurman Sander Muller (M2 Printing). Dat was een goede stap, want zo kwam ik meteen met veel bedrijven in contact, waar ik ook weer veel van kon leren op het gebied van ondernemen. Het eerste ondernemerscafé voelde een beetje als in je eentje naar de kroeg gaan. Maar het was gezellig en ik had direct contact met andere leden. Dat is natuurlijk ook goed voor mijn naamsbekendheid. Enkhuizen is net een dorp, maar je moet wel zelf je best doen om je netwerk op te bouwen.’

Leden werven

Ieder collectief zit met de uitdaging van het werven van leden. Zonder leden bestaat er immers geen collectief. Waar het vroeger zo vanzelfsprekend was dat je bij een club hoorde, zijn mensen tegenwoordig vaker op zichzelf. Ze redden het wel, denken ze. Voor een deel is dat natuurlijk ook zo. Maar er zijn grenzen aan je eigen bubbel en om te groeien heb je anderen nodig. Dat geldt ook voor ondernemersverenigingen. Maar hoe attendeer je anderen op je bestaan én overtuig je hen om lid te worden? Iedere club probeert het op zijn eigen manier. Van actieve wervingsacties tot de mogelijkheid om introduceés mee te nemen naar het Ondernemerscafé of evenementen, zoals de Alleskunner van de HOC. Ondernemersvereniging Wervershoof (OVW) mikt ook op bestaande leden. Jan Bleeker: ‘Wij vragen leden met een familiebedrijf of meewerkende opvolgers vooral die jonge generatie ook mee te nemen naar bijeenkomsten. Zo groeien ze een beetje mee in de vereniging en is de kans dat ze op termijn lid blijven of worden alleen maar groter.’

Een collectief van collectieven

De Westfriese Bedrijvengroep verenigt op haar beurt de ondernemersverenigingen in de regio. Als belangenbehartiger van de regio heeft ze een sterke stem. De WBG zit aan tafel bij de Westfriese gemeenten en de provincie. Met haar grote achterban wordt ze gezien als serieuze gesprekspartner. Dat maakt het verschil voor al haar aangesloten leden. Dat is ook wat John Koomen, vicevoorzitter van branchevereniging Koninklijke VHG, lid van Ondernemersvereniging Wognum Nibbixwoud én parel van de Westfriese Bedrijvengroep, trekt in collectieven. ‘Zonder collectief krijg je niets voor elkaar. Als ondernemer kun je je het best ontwikkelen door collega’s te spreken. Iedere zichzelf respecterende ondernemer zou aangesloten moeten zijn bij een branchevereniging of regionale ondernemersvereniging. Niet alleen voor het netwerken, maar ook voor het informele deel. Het bijpraten met gelijken die begrijpen waar je mee bezig bent. Als je daarnaast ook nog zitting neemt in een bestuur, werk je meteen aan je persoonlijke ontwikkeling. Het gaat niet om het persoonlijk gewin, maar om het collectief. Waarom zou je het wiel opnieuw moeten uitvinden, als een ander dat al heeft gedaan. Er is zoveel waar je gebruik van kunt maken als ondernemer, als je maar weet wat er te halen valt. En daarvoor moet je de nieuwsbrieven lezen en de bijeenkomsten bezoeken van het collectief waar je bij aangesloten bent. Zie het maar als uitgaan onder gelijken. Bovendien kun je jezelf dan ook weer profileren en dat helpt je zakelijk natuurlijk wel verder.’

Samen meer geld

Naast netwerken en elkaar ondersteunen, kun je samen ook meer geld opbrengen. Dat is het hele idee waar de ondernemersfondsen in de regio op gebouwd zijn. Wanneer iedereen meedoet, kun je samen gemeenschappelijke (maatschappelijke) initiatieven bekostigen, zonder dat free riders meeliften op de inzet van de rest. Een bewezen succesvolle strategie in Enkhuizen, Medemblik en Hoorn en als het goed is binnenkort ook in andere Westfriese gemeenten. Daar lees je meer over in het artikel over de bijeenkomst Ondernemersfondsen, elders in dit magazine. De kracht van het collectief behoeft eigenlijk geen toelichting, maar soms moeten we er wel weer even aan herinnerd worden: 1+1=3.