Dat de vrijetijdssector belangrijk is voor de regio behoeft geen betoog. Met een ligging aan het IJsselmeer, de agrarische inslag van het landschap, de vele historische stadscentra en de nabijheid van Amsterdam en de Noord-Hollandse kust, lijkt het benutten van toeristische kansen een inkopper.

Neem daarbij de relatieve moeite die de regio heeft om grote bedrijven zich hier te laten vestigen en hoogopgeleid personeel aan zich te binden en het belang van de toeristische sector dient zich verder aan. De regio West-Friesland lijkt gemaakt voor de toerist. Maar net als in andere sectoren is stilstand achteruitgang. De sector moet blijven groeien, inspelen op wat mensen willen en concepten daar op afstemmen.

Oerhollands
Wat de mensen willen, daar heeft Jeanneke Scholtens van Zorro wel wat ideeën over. Zij werkte voor diverse grote regionale projecten in de vrijetijdssector. Om te innoveren in die sector hoef je niet over de top te gaan, vindt zij. ‘Consumenten in de vrijetijdssector zoeken juist concepten die identiteit en authenticiteit uitstralen. Als ondernemer moet je vooral dicht bij jezelf blijven. En daarbij gebruik maken van de onmiskenbare krachten van de regio. Het oer-Hollandse is helemaal in. Ondernemers die daar succesvol op inspringen, organiseren bijvoorbeeld de Springende Koeien; het is een hele belevenis wanneer de koeien voor het eerst weer de wei in mogen, laat mensen daarin delen. Andere ondernemers benutten de Omringdijk; een parel in de regio die je al benut door fiets- en wandelroutes uit te zetten.’

Samenwerking
Wat consumenten in de vrijetijdssector bovendien zoeken, weet Jeanneke, is gemak. Ze willen met één klik op de knop hun hele dag geregeld hebben. Ondernemers kunnen daarop inspelen door bij elkaar aan te haken en arrangementen aan te bieden. Een restaurateur die ook boottochten organiseert heeft een voorsprong. Een kleine B&B die aansluiting zoekt bij grote evenementen, die heeft het begrepen.’ Het idee van samenwerken sluit aan bij het regionale beleid voor de sector. Tussen 2012 en 2014 stelden het bedrijfsleven, de overheden, marketingexperts, onderwijs- en kennisinstellingen onder de naam Leisure Board een toeristische visie op voor het gebied Noord-Holland boven het Noordzeekanaal. Eén van de aanbevelingen daarin is het stimuleren van samenwerking in de regio. De West-Friese gemeenten hebben zich hier inmiddels aan gecommitteerd. Wie daar onder meer erg blij mee is, is de Hoornse wethouder Ben Tap. ‘We hebben bijvoorbeeld afgesproken ons niet meer als losse gemeentes op beurzen te presenteren. We staan er voortaan gezamenlijk, als één sterke regio. In de praktijk werkt dat toch ook zo: toeristen komen niet naar een stad maar naar een gebied. En als ze een bungalow huren aan het Enkhuizer Zand, gaan ze misschien ook wel winkelen in Hoorn of naar het Rundveemuseum in Aartswoud.’

Ontwikkelingen
Innovatie en het stimuleren van ontwikkelingen was een andere aanbeveling van Leisure Board. Op dat gebied gebeurt er dan ook veel. Een opvallende ontwikkeling dit jaar was bijvoorbeeld de verzelfstandiging van de gemeentelijke havens van Medemblik. Een zelfstandig havenbedrijf zou beter kunnen inspelen op de wensen van de watersporter dan de gemeente dat kan. Pieter Kok, directeur van Stadshavens Medemblik: ‘Als haven moet je een totaalconcept bieden. Alleen het verhuren van een stukje water volstaat niet meer. De verzelfstandigde havens willen meer service en entertainment gaan bieden. Dat kan bijvoorbeeld door een verhuurvloot aan te trekken, een winkeltje op de haven te vestigen en diensten voor jachteigenaren te bieden, zoals het schoonmaken en prepareren van schepen.’ Het besef dat de kansen die het water biedt beter benut moeten worden, groeit ook in andere steden. In Enkhuizen heeft de ontwikkeling van het Enkhuizer Zand de potentie de regionale vrijetijdssector een boost te geven. In Hoorn wordt eveneens hard gewerkt aan het ontwikkelen van de IJsselmeerkust. In beide gevallen is het streven om met innovatieve concepten gebruik te maken van wat de regio te bieden heeft.

Conceptdenken
Individuele ondernemers die kansen in de sector zoeken, doen er volgens Ben Tap goed aan meer in concepten te denken. ‘Concepten die aansluiten bij wat de bezoeker wil natuurlijk. Vrij eenvoudig maar ijzersterk is bijvoorbeeld een modezaak met een bar en een barista. Winkelen wordt een belevenis. Een restaurant dat alleen maar hamburgers maakt, maar dan wel de allerbeste, dat maakt een onderneming de moeite waard. En een retailer met een internetzuil ín de winkel voorkomt dat hij klanten verliest omdat maat 39 niet meer op voorraad is.’ De kansen zijn er dus, maar ze liggen niet spreekwoordelijk voor het oprapen. Ondernemers in de vrijetijdssector moeten ‘innoveren’. In deze sector betekent dat vooral met vernieuwende ideeën komen die aansluiten bij wat de klant wil maar die tevens dicht bij de ondernemer staan. Wie dit combineert met lokale en regionale samenwerking, kan de plank bijna niet meer mis slaan.